Smelt een klont boter in een pan.
Pel de ui en snipper hem fijn. Stoof de ui dan enkele minuutjes aan tot deze glazig wordt. Zet de gestoofde uien opzij en laat ze even afkoelen.
Verwarm de oven voor op 190 °C.
Meng het vlees met de gestoofde uien, ei, mosterd en het broodkruim. Gebruik hiervoor een keukenmachine of je handen. Voeg meer broodkruim toe indien het mengsel te vochtig blijft.
Kruid het mengsel naar smaak met peper, zout en nootmuskaat.
Optioneel: schraap met een mesje het beenmerg uit de holte van de verse mergpijpjes en voeg ½ theelepel beenmerg toe in het midden van elk balletje. Zorg ervoor dat het beenmerg goed in het midden zit, zodat de gezonde vetten in het balletje blijven tijdens het bakken.
Rol met vochtige handen gehaktballen van het mengsel. Maak elk balletje ongeveer 75-95 gram.
Methode 1: bak de balletjes gaar in een voorverwarmde oven op 190 °C gedurende 20 minuten. Bruin de balletjes eerst in een pan als je van een korstje houdt.
Methode 2: bak de balletjes in een grote pan met boter op een middelmatig vuur tot ze gaar zijn. Draai ze regelmatig om zodat ze niet aanbranden.
Een handige methode om de gaarheid van gehaktballen te controleren, is door er voorzichtig op te drukken. Als de gehaktbal stevig aanvoelt zonder veel veerkracht, is deze goed doorbakken.
Laat de balletjes afkoelen en bewaar ze vervolgens in de koelkast.